Huisarts die via coöperatie werkzaamheden verricht is geen IB-ondernemer

Als ondernemer kan het interessant zijn om te werken samen met een Coöperatie. Het kan bijvoorbeeld efficiënt zijn, of je kunt gebruik maken van de expertise die beschikbaar is binnen de Coöperatie.
Belangrijk is om te weten op welke wijze je samenwerkt met een Coöperatie. Hoe belangrijk dit wel niet is, lees je hier:
In een eerdere blog vertelde ik je de 10 voor -en nadelen van het werken met een Coöperatie. Kortom: wat belangrijke aspecten zijn voor jou als ondernemer om op te letten.
Wanneer je dit niet weet, of hier niet naar handelt, kan dit financiële gevolgen hebben. Dit ervaarde de huisarts die haar werkzaamheden uitvoerde via een Coöperatie. Zij bleek met haar werkwijze geen ondernemer voor de Inkomstenbelasting te zijn. De rechter oordeelde dat haar Zelfstandigenaftrek en MKB winstvrijstelling moest worden teruggevorderd.
De casus is als volgt:
Samen met haar dochter had zij een Coöperatie opgericht. Werkzaamheden werden op naam van de Coöperatie gefactureerd, wat gebruikelijk is. Nu komt het: om als ondernemer voor de Inkomstenbelasting te kunnen worden aangemerkt (dan recht op Zelfstandigenaftrek en MKB winstvrijstelling) is het van belang om buiten de Coöperatie om voor minimaal 50% andere ondernemersactiviteiten te verrichten. De huisarts gaf aan dat zij buiten de Coöperatie om andere ondernemersactiviteiten had verricht, maar kon dit niet aantonen.
De rechter oordeelde dat de huisarts enkel activiteiten namens de Coöperatie had verricht, waardoor zij geen ondernemer was voor de Inkomstenbelasting.
Volledige uitspraak: ECLI:NL:GHDHA:2020:1105